Beya Gille Gacha: “Wat kunnen we leren van bomen? Waarom zijn zij zo waardevol voor ons?” De Frans-Kameroense kunstenaar hoopt dat haar nieuwe werk “Sentinelle”, deze - en nog veel - meer vragen zal oproepen. Zij is een van de deelnemers aan Heksenkruid / decolonising botany die vanaf 1 juni 2024 is te zien in het Belmonte Arboretum Wageningen.
Gille Gacha besloot een eerbetoon te maken aan de Afro-Braziliaanse eco-feministe Fabiana Ex-Souza die een ‘ecology of care’ praktiseert. Én haar letterlijk als uitgangspunt voor een sculptuur te nemen. Om een afgietsel te vervaardigen van Fabiana verblijft de kunstenaar op dit moment als artist-in-residence in het Sacatar Instituto in Bahia in Brazilië. Gille Gacha is bekend geworden met figuren waarvan de huid is bedekt met glanzend blauwe kralen, in de traditie van de Bamileke, de etnische gemeenschap waartoe haar Kameroense moeder behoort. Ook “Sentinelle” zal worden bedekt met deze kralen.
Beya Gille Gacha (1990, Parijs) is een multidisciplinair kunstenaar. Zij studeerde een paar jaar kunstgeschiedenis aan de École du Louvre, maar koos vervolgens voor het kunstenaarsbestaan. Tijdens een reis naar Kameroen in 2009, raakte zij onder de indruk vande lokale tradities van de Bamileke, de etnische gemeenschap waartoe haar moeder behoort. De Bamileke bedekken objecten, waaronder maskers en huisraad, op ingenieuze wijze met kleurrijke, kostbare kralen. Ze worden gebruikt voor rituelen tijdens speciale gebeurtenissen, zoals begrafenissen en koninklijke ceremonies. Hierdoor geïnspireerd ontwikkelde Gille Gacha een techniek om mensfiguren te maken waarvan de huid is bedekt met glanzend blauwe kralen.
Door deze Bamileke traditie toe te passen op realistische mensfiguren wordt een magisch effect opgeroepen, de parelmoeren kralen brengen de figuur tot leven. De kralen symboliseren voor de west-Kameroense Bamileke volkeren rijkdom. Door mensfiguren met kralen te bedekken laat Gille Gacha zien dat elk mensenleven kostbaar is. Door de figuren in een bepaalde context te plaatsen geeft de kunstenares een statement af, zoals in haar Orant-serie. De kind figuren in deze serie lijken gebukt te gaan onder trauma’s, of zoals Gille Gacha zegt, onder te hoge verwachtingen die door volwassenen op hen worden geprojecteerd. In meerdere werken zoals Coupe les bras, coupe l’histoire, coupe le pouvoir (2016), verwijst de kunstenares naar gruwelijke koloniale praktijken.
Naast sculpturen en installaties maakt zij films, fotowerken en tekeningen. Haar serie Prayers (2020-2021) bestaat uit portretten van mensen die dicht bij haar staan maar door de covid-lockdowns fysiek op afstand; ze zijn geschilderd met pigmenten van ‘helende’ planten en kruiden die als in een ritueel bescherming moeten bieden tegen het covid-virus. Een aantal van haar tekeningen zal te zien zijn in de parallelle tentoonstelling Museum De Casteelse Poort in Wageningen.
Gille Gacha werkt vanaf 2013 samen in het collectief NÉFE, en vanaf 2016 samen met de kunstenaars Rakajoo en Neals Niat in het collectief DES GOSSES, dat vraagtekens zet bij het gebrek aan vertegenwoordiging van jonge Afro-Franse kunstenaars in de kunstwereld. In 2017 wordt ze actief in de Coalition of Artists for the General History of Africa van de UNESCO. Voorjaar 2024 neemt ze deel aan de 15e Dak'art Biënnale in Senegal.